Minder giftig en schadelijk koudemiddel in een systeem is een groot voordeel voor de veiligheid en beter voor de ‘gevoeligheid’ van wettelijke normen. De ‘meer is beter’ filosofie met betrekking tot de koudemiddelvulling wordt definitief verworpen. Alleen de essentiële koudemiddellading wordt gevuld en de warmte wordt overgedragen aan een secundaire vloeistof, of de lucht wordt gemaximaliseerd.
De omvang van de Ammoniakvulling in elke faciliteit werd grotendeels onderzocht en besproken door regelgevende instanties, gemeenschappen en verzekeringsmaatschappijen.
Maar wat is nu precies een lage koudemiddelvulling? Twee belangrijke uitgangspunten worden besproken. Sommige zeggen dat de definitie gebaseerd moet zijn op de specifieke lading die per systeem wordt gebruikt en het geleverde koelvermogen. Anderen geven aan dat de totale hoeveelheid van het gebruikte koudemiddel voldoende is. Er is echter eerder een voorkeur voor de specifieke lading, dan voor de koelcapaciteit.
Wellicht is er behoefte aan een definitie die uitgaat van een maximaal toelaatbare vulling, zodat de regelgevingsdruk kan worden vermeden. Een dergelijke definitie en verminderde regelgevingsdruk kunnen de Ammoniak technologie stimuleren en vooruithelpen.
Voorbeelden van technologische vooruitgang die de vulling in het systeem kunnen verlagen, zijn:
- Geavanceerde hulpcomponenten geoptimaliseerd voor NH3.
- Gespecialiseerde bedieningselementen voor exacte vloeistofdosering.
- Warmteoverdrachtstechnologie met hogere coëfficiënten.
- Gespecialiseerde fabricagecomponenten.
Eén ding is zeker, de discussie is nog niet voorbij. Ondertussen beklimmen Ammoniaksystemen met een lage koudemiddelvulling de ladder in industriële toepassingen. Efficiëntie en groene technologie zijn in opmars.